TOP

Aldus Ana Paula

Aldus Ana Paula

Op 1 januari werd de Nederlands-Colombiaanse Briza Garces Florez vermoord in een hotel in de buurt van Den Haag. Briza was een veertigjarige trans vrouw. Haar vriend, met wie ze in het hotel verbleef en met wie ze al jaren een relatie had en samenwoonde, wordt verdacht van de gewelddadige moord.

Anderhalve maand eerder, op Transgender Day of Remembrance (TDOR), noemden wij ter herdenking alle namen van de geregistreerde om het leven gebrachte trans personen wereldwijd. Dat waren er het afgelopen jaar 375: het hoogste aantal sinds de Transgender Murder Monitor Project deze dodelijke slachtoffers van transfobie bijhoudt. Een paar procent betreft trans masculiene personen; het gaat hier nadrukkelijk over trans vrouwen. Bijna zestig procent van de slachtoffers deed sekswerk om aan geld te komen. De daders zijn uitsluitend mannen.

De TDOR-cijfers laten overduidelijk de intersecties zien van misogynie (neerkijken op vrouwen), racisme, transfobie, xenofobie en haat tegen sekswerkers. In de VS was 89% van de vermoorde trans vrouwen van kleur.

Ik ben opgegroeid in het land dat jaarlijks de meeste moorden op trans personen telt: Brazilië. Ook daar bestaat de meerderheid uit zwarte sekswerkers. In de acht jaar dat ik nu in Nederland woon, heb ik transfobie hier helaas zien toenemen: in de vorm van haatdragende, anti-trans-vrouw-stemmen in de mainstream media; in de vorm van stijgende dakloosheid onder trans jongeren en daardoor hun verlies van onderwijsmogelijkheden; en tenslotte de meest extreme gevallen, namelijk meerdere moorden op trans vrouwen. De vermoedelijke partnermoord op Briza, de zoveelste Latina trans vrouw die hier met sekswerk haar geld verdiende, als laatste feit.

Nederlandse onderzoeken wijzen hiernaast uit dat zelfdoding een veelvoorkomende doodsoorzaak onder transgender personen is. Ik vrees dat dit toeneemt met deze stijgende transfobie die ik waarneem, maar daarover kan ik nog geen cijfers vinden.

Ja, we hebben in Nederland onlangs ‘successen behaald’: we hebben wettelijk onrecht dat ons is aangedaan weten recht te zetten en we hebben vertegenwoordiging van onze gemeenschap in de politiek bereikt. Maar deze tijd roept om aanhoudende aktie. Laten we blijven strijden voor serieuze aandacht en geld voor beleid en projecten specifiek gericht op trans vrouwen in kwetsbare situaties.

Bijvoorbeeld voor de uit Latijns-Amerika gevluchte trans vrouwen die illegaal in Nederland verblijven, doordat de landeninformatie van de IND voor asielzaken niet klopt. Zoals met het rapport Trancripts from the margins.

Laten we ook expliciet opkomen voor transgender sekswerkers, die binnen dit werk gediscrimineerd worden en die daardoor – ook al legaal in Nederland – illegaal en dus onveilig werken.

Onze problemen en vraagstukken zijn intersectioneel, systematisch en talrijk.

Slechts een fractie van de budgetten voor lhbti-emancipatie gaat naar transgendergeleide transorganisaties. We zijn het zat om gebruikt te worden voor symboolpolitiek.

We hebben veiligheid nodig, gezondheidszorg, werk, gelijke kansen.