Wanneer je naam een matroesjka wordt
Beeld Jan Broekhuizen
Jaren geleden heeft een schrijver me verteld dat ik moet schrijven over een onderwerp dat ik het beste ken. Mijzelf dus. Daarom schrijf ik het meest over mijn gedachten en mijn persoonlijke analyses. Ik schrijf omdat ik mijn leven en de dingen die om mij heen gebeuren wil begrijpen.
Een van de dingen die de laatste tijd veel door mijn hoofd rondspoken, is de manier waarop ik door anderen word aangesproken. Die verschilt per persoon met wie ik praat. Van de mensen om mij heen –trans mensen, specifiek– staan sommige bekend als en worden door bijna iedereen aangesproken met dezelfde naam. Ik moet hierbij aan twee mensen, of namen, denken: mijn vrienden Natsumi en Kaye. Waar ze ook gaan, mensen kennen hen bij die namen en spreken ze ook met die namen aan. Maar bij mij gebeurt er iets vreemds: mensen spreken me aan met wat ze denken dat mijn naam is, of ze noemen me hoe zij me willen noemen. Ik zal wat voorbeelden geven.
De naam die mijn ouders me hebben gegeven toen ik klein was, is Oscar Alejandro. Jarenlang noemden mensen me Oscar, maar toen ik rond de 19 was en inmiddels in Dallas, Texas, woonde ben ik overgestapt naar Alejandro. Nu is Alejandro een zeer veel voorkomende naam in het Spaans, maar voor niet-Spaans sprekers is het een moeilijke naam om uit te spreken (A-le-han-dro). Dat is waarom ik het toen afgekort heb voor mijn Amerikaanse publiek, en mensen me Alex begonnen te noemen. Na mijn transitie besloot ik mezelf te vernoemen tot Alexandra, maar mijn collega’s gingen me vervolgens Alexa noemen. Ondertussen bleven anderen mij met mijn oude naam aanspreken; sommige hiervan waren collega’s, sommige vrienden, en andere waren mijn eigen familieleden. Voor hen was ik nog steeds Alejandro of Alex (heck, sommige mensen noemden me zelfs nog Oscar ondanks mijn protest). In 2009 ontmoette ik een man die mijn mentor werd. Voor dit artikel zullen we hem Misha noemen (Beer in het Pools). Tot nu toe noemt hij mij Miss A. Niet Alexandra maar Miss A, en soms Alexa.
Toen ik terugverhuisde naar Mexico in 2010 besloot ik om een naam te kiezen die zowel dicht bij me lag als erg traditioneel was, zodat ik geen aandacht zou trekken. Die naam is Alejandra Maria (Alejandra, van Hera Alexandros; beschermer van de mensheid. En Maria, de typische traditionele –en zeer katholieke– vrouwelijke naam). Toen ik in Guadalajara woonde was het makkelijk voor mensen om me Alejandra (A-le-han-dra) te noemen. Sommige mensen begonnen me aan te spreken met Ale, en er was iemand anders die me Alex noemde. Ik vind het niet fijn als mensen me aanspreken met Alex, het verergert mijn genderdysforie. Er was een jongeman in Colombia die me Aleja (A-le-ha) noemde, wat een liefkozende term is in Colombia, maar wat ik ook niet fijn vind omdat het onaf voelt. Toentertijd probeerde ik door het leven te gaan als cis vrouw, dus heb ik er nooit tegen hen over geklaagd, omdat ik geen argwaan wilde opwekken.
Toen ik naar Nederland kwam in 2015 werd er een arsenaal aan nieuwe namen toegevoegd aan de manier waarop ik aangesproken werd. Voor de meeste mensen was Alejandra onmogelijk om uit te spreken: zij kozen uiteindelijk Alexandra. Een queer vriend uit Oekraïne noemde me Aleksandrushka; mijn eerste geliefde in Nederland (een Albanees die Italiaans sprak) noemde me Alessandra; en voor een andere geliefde was ik Khandra (Han-drah) en Khandora (Han-doh-rah), wat volgens hem iets als “mijn dierbare” betekende in het Arabisch en wat rijmde met mijn daadwerkelijke naam.
Nu ik mijn memoires aan het schrijven ben, stuit ik op alle namen die personages uit mijn verleden mij gaven. Voor de mensen in mijn dorp en zelfs voor sommige familieleden ben ik nog steeds Oscar, terwijl ik voor andere Alexa of Alejandra ben. Misha noemt me nog steeds Miss A. Mijn oude VS collega’s kennen me als Alexa, terwijl ik voor wie mij in Guadalajara kende Alejandra, Ale, Aleja of Alex ben. En in Nederland ben ik Alejandra, Aleyandra, Alexandra, Alessandra, Aleksandrushka of Khandora, afhankelijk van met wie je praat. Serieus, wat een bende.
Het voelt alsof mijn naam een matroesjka is. Je weet wel, zo’n holle, houten Russische pop die gevuld is met kleinere poppetjes. Ik heb het gevoel dat mijn naam of namen ook zo zijn: een serie poppen waar een andere pop in zit. Alsof mijn naam en identiteit andere namen en identiteiten met zich meedragen.
Het grappige is: nu deze vergelijking bij me is opgekomen, vind ik ineens al die namen leuk, zelfs Oscar, Alex en Aleja. Ik hoop dat als mijn boek gepubliceerd wordt, mijn uitgever besluit ze allemaal te houden. Want al die namen reflecteren identiteiten van mij. Niet van andere personen, maar van een persoon: mij. Een set van kleurrijke matroesjka’s, een regenboog.
Aan de lezer: wat is jouw relatie met namen? Zijn er namen die taboe zijn in jouw leven en die je het liefst zou vergeten? Of heb je vrede met ze gesloten?
Stof tot nadenken…