
Hoop doet leven, of zoiets
Hoop doet leven. De woorden rollen, zonder dat ik het doorheb, uit mijn mond in het wokrestaurant. Het is donderdag en ik ben uit eten met een vriendin na werk. Boven onze Tornado Tempeh en met onze huisgemaakte ijsthees in de hand zitten we als een echt stel Zillenials de dag te bespreken. Iedere rijstkorrel luistert naar de verhalen die we vertellen over onze gevoelens. We bespreken onze werkdag en gaan naadloos over naar geopolitieke spanningen, je kent het wel.
Het regent buiten en het restaurant gaat bijna sluiten. De medewerkers lijken te willen dat we snel weggaan, althans dat lees ik uit de manier waarop ieder bord van de tafel wordt gehaald in de tien seconden nadat we ze hebben leeggemaakt. We proberen ons gesprek nog enigszins positief af te sluiten. Ik besluit een lijstje te maken van alles wat deze dag goed maakte. Ik weet het, ik zou het ook niet doen als ik alleen was geweest. Al snel heb ik zeven dingen opgeschreven: ik heb de huisarts gebeld, ik heb veel gewandeld, ik ben met een vriendin aan het eten… Ik lees het voldaan voor, en dan komt het. Als een nietszeggende wijsheid op een tegeltje die in het toilet van mijn tante Annie heeft gehangen: Hoop doet leven.
Het is zo’n ouderwets gezegde. Drie woorden die niets meer betekenen dan “Geef niet op, want dan ben je het spoor bijster.” Dat is alleen makkelijker gezegd dan gedaan, zeker als je Trans of gender nonconforming bent. In de Verenigde Staten verliezen Trans mensen sinds het aantreden van Trump hun juiste gender marker, omdat volgens hem mensen enkel man of vrouw kunnen zijn. Dat zou weer worden vastgesteld vanaf het moment van conceptie. Hij was zich er niet van bewust dat iedereen dan vrouw zou zijn, maar dat ter zijde: haat en angst zijn voor hem en zijn conservatieve en racistische clique belangrijker dan hoe de realiteit er daadwerkelijk uitziet.
Nee, het behouden van hoop is niet zo makkelijk. Het vergt een bepaald vermogen om de wereld te relativeren. Ik zie mezelf op het gebied van hoop niet als een expert. Daarom struin ik over het internet, slenterend langs webpagina’s die me zouden moeten vertellen waar je hoop vandaan kunt halen en behouden. De resultaten zijn gevuld met woorden als ‘mindset’ en ‘manifesteren.’ Ik kan niet anders dan twee stereotypen zien: aan de ene kant heb je de kale witte man die praat over het worden van ‘je beste zelf,’ oftewel een ‘self-made’ miljardair, en aan de andere kant een witte vrouw die op een olijfgroene yogamat met een paar kristallen praat over hoe we ons naar een betere wereld kunnen denken. In werkelijkheid richten beide zich tot het idee dat we moeten werken met de wereld die nu eenmaal zo is, maar dat werkt voor Trans mensen niet zo. Ik voeg transgender toe aan mijn zoekopdracht, maar dan beland ik op een pagina met resultaten over transitiespijt. Ook dat nog.
Ik word er niet heel veel wijzer van. Wat betekent hoop eigenlijk? Hoop is “het vermogen om positieve verwachtingen te hebben over de toekomst, zelfs wanneer de omstandigheden moeilijk zijn.” Als ik het zo lees lijkt hoop niet meer te zijn dan vasthouden aan desillusie. Staying delulu is the solulu, en dat soort taferelen. We moeten eigenlijk allemaal geloven dat de wereld fantastisch en perfect is. We moeten onze ogen sluiten en starend naar onze oogleden om onszelf ervan te overtuigen dat we best een leuk leventje hebben.
De intersectionele en dekoloniale feministe Angela Davis sprak tijdens een speech die ze afgelopen januari gaf over hoop ten tijden van oprukkend fascisme. We moeten ons verenigen; de angst die de conservatieven voelen is een reactie op onze kracht als mensen die strijden voor een betere en rechtvaardigere wereld. De oneindige hoop vinden wij in elkaar. Hoewel het op een bepaalde manier een open deur lijkt, heeft Davis gelijk. We moeten terug naar het begin om vast te houden aan waarvoor we het allemaal doen. Ik wil iedere dag een stukje meer mezelf zijn, dat doe ik voor dat kleine kind dat daar niet toe in staat was. Als ik mijn kind-zelf als vertrekpunt gebruik, is alles wat ik doe verbazingwekkend. Het geeft me een warm gevoel dat ik steeds sterker ben doordat ik dichter bij hen kom. Ik zie mensen om me heen die hetzelfde doen en iedere dag zichzelf een beetje beter leren kennen door zichzelf uit te drukken op een manier die voor hen werkt en niet is voorgeschreven door heersende ideeën en leefregels over gender.
We zijn als Trans mensen ontzettend indrukwekkend. Wij zagen in dat systemen niet voor ons werken en deden daar als personen afstand van. Wij hebben onszelf opgebouwd en beseffen dat we ten alle tijden in progressie zitten voor zolang wij leven. Wij hoeven niet te twijfelen over ons bestaansrecht of de rechten die we verdienen, omdat wij bestaan en niet minder zijn dan cismensen. Zo simpel is het. Het is niet makkelijk, maar het is belangrijk dat we blijven inzien dat we hoop in de eerste plaats vanuit onszelf moeten halen. Soms is het leven niet zo leuk, en het is een uitspraak die gevuld is met privilege, maar ondanks alle pogingen om ons bestaan te ontkennen zijn we er nog steeds. Trans mensen zullen er ook altijd zijn. Dat is toch eigenlijk een vrij hoopvolle gedachte?
Het is belangrijk dat we strijdbaar blijven. Dat kan betekenen dat we demonstreren voor onze rechten, dat we mensen in onze omgeving verbeteren als ze een mening hebben over Trans mensen, dat we er voor elkaar zijn en dat ook blijven. Tegelijkertijd betekent het ook dat we soms afstand doen van alle witte ruis van de narigheid. Maak bewust de keuze om een dag niet op social media te gaan en even in het park te zitten. Dan zal je zien dat de wereld niet altijd zo erg tegen je is als je denkt. En als dat niet werkt, kan je altijd nog uit eten gaan met vrienden om te klagen over de overheid. Het zal niet de wereld veranderen, maar het zal je wel kracht geven om door te gaan. Misschien doet hoop wel leven, maar aan het einde van de dag gaat het erom dat we elkaar laten leven. Soms betekent het dat we elkaar even loslaten, zodat we elkaar nog steviger vast kunnen houden.